aandoen

{{aandoen}}{{/term}}

1 [aantrekken] mettre

2 [berokkenen] faire

3 [een indruk geven] donner une impression 〈+ bijvoeglijk naamwoord〉

4 [bezoeken] s'arrêter dans ⇒ 〈luchtvaart〉desservir

5 [in werking stellen] faire marcher

♦voorbeelden:

1   iemand de boeien aandoen • passer les menottes à qn.

     doe je jas aan • mets ton manteau

2   dat kun je haar niet aandoen! • tu ne peux pas lui faire cela!

→ {{link=haven}}haven{{/link}}

3   een modern aandoende uitvoering • une représentation qui donne l'impression d'être moderne

4   een café aandoen • entrer dans un café

Deens-Russisch woordenboek. 2015.